Sociaal contact

In mijn leven heb ik vele lieve mensen ontmoet. Ik ben een trouw persoon, en heb nog contact met mensen uit het verleden. Ze willen mij graag zien en ergens afspreken. Een stad bezoeken of zelfs ergens een weekend naar toe. Dat is toch gezellig! Voor mij niet. Wat anderen leuk vinden, vind ik niet leuk. Omdat het mij energie kost en ik niet goed weet wat ik moet zeggen en ik de ander volg en niet doe wat ik wil. Wat voor mij werkt, is veel stil zijn (dit doe je niet als je met iemand weg bent) Wat ik wel fijn vindt, is wandelen met iemand die ook stil kan zijn op sommige momenten en voor me uit kijken is ook prettig (ik hoef iemand niet aan te kijken) En dan niet een hele dag. Ik werk liever dan dat ik vrij ben. Ik heb structuur en alles is voorspelbaar. Begrijp me goed: ik heb het heel leuk thuis ;-) en laad daar mijn accu op. "Vrije tijd is kliertijd" is ons team ooit over autisme geleerd. Hier heb ik ook last van. In mijn vrije tijd verzin ik van allerlei projecten en als ik het niet meer vol kan houden, zeg ik het weer af. Ook kan ik niet fulltime werken, dat kost mij weer teveel energie, in combinatie met vrije tijd. Als ik sociaal contact heb, verzin ik van te voren welke onderwerpen ik kan aansnijden. Ik verzin ook vragen. Dat geeft mij rust. Toch zie ik er altijd tegen op. In gesprek moet ik me goed concentreren. Abstracte zinnen begrijp ik niet. Ook word ik door alles afgeleid (zonlicht, voorbij rijdende fietser, geluid, andere gesprekken etc) 1 op 1 contact vind ik soms fijn, soms niet. In groepen krijg ik teveel prikkels, maar kan me ook even afzonderen (stil zijn) zonder dat iemand het merkt en de aandacht niet op mij is gericht. 1 op 1 geeft weinig prikkels maar geeft me wel de druk dat ik niet stil kan zijn. En dat ik niet weet waar ik over kan praten. Ik ben breed geïnteresseerd maar wel in mijn eigen onderwerpen. Ik vergeet snel wat een ander gaat doen (te vol hoofd en als ik niks op schrijf, vervliegt het) Ik ben geïnteresseerd in wat de ander voelt, dat inspireert mij. Ik leef mee als iemand verdriet heeft. Dit vergeet ik nooit. Emoties is mijn sterke kant. Gerichte vragen stellen vind ik heel leuk en interesseert mij. In andere zaken heb ik weinig interesse. Ik heb dit nu geaccepteerd maar loop er nog wel tegen aan dat ik niet goed mee kan praten over bepaalde onderwerpen. Onverwacht iemand tegen komen op straat vind ik ook lastig. Zeg je gedag en loop je door of blijf je staan? Bij het laatste weet ik niet wat ik moet zeggen. Ik heb me dan niet kunnen voorbereiden. Ik gebruik vaak humor om mijn autisme te maskeren. En stel vragen om zelf niet te hoeven praten. Dat komt heel sociaal over. Ik heb een open gezicht en glimlach snel, ik ben toegankelijk voor anderen. Ik trok vaak mensen aan die ik eigenlijk niet wilde. Ik heb nu duidelijk grenzen wie ik wel of niet zie. Ik wil geen leegslurpers meer. Ik moet er zelf plezier aan beleven.

Lees meer »

Maskeren van autisme

Ik was vroeger extravert, druk in doen en laten en kwam sociaal over, had veel vrienden en stond in mijn vrije tijd op het toneel. Na toneelspelen of zingen had ik altijd de volgende dag een migraine dag. Na sociaal contact was ik leeg. Ik kende geen grenzen maar durfde deze ook niet aan te geven. Bang dat ik niet aardig werd gevonden. Ik was een pleaser en zorgde het liefst voor een ander in plaats van voor mezelf. Ik lachte veel maar nu besef ik dat ik lachte om spanning weg te werken of om niet te hoeven voelen. Ook vond iedereen mij belangstellend en empathisch. Allemaal aspecten waarbij je niet meteen aan autisme denkt. Ik heb jaren mijn echte ik genegeerd en gemaskeerd (maskeren blijf ik soms nog doen). Want na mijn diagnose heb ik mijzelf veelvuldig de vraag gesteld:"Wie ben ik nou echt?" En "Waar heb ik behoefte aan?" Ook vind ik het nog steeds moeilijk de echte ik te laten zien. Want iedereen is toch gewend aan hoe ik ben. Als ik onder de mensen ben, word ik druk en praat hard en ben erg aanwezig. Dit is wat ik niet wil, maar dit gebeurt vanzelf. Als ik mezelf van te voren aanspreek rustig te blijven lukt mij dat redelijk. Ik kan niks tussen 0 en 10. Dus of ik ben stil of ik ben druk. Het laatste, daar word ik moe van dus ik kies de laatste tijd steeds meer voor stil te zijn. Ook blijf ik dan meer bij mezelf. En word ik niet snel moe van mezelf en de omgeving.

Lees meer »

Prikkels

Toen ik in 2017 van de GGZ moest vertellen waar ik overprikkeld door raak, wist ik niet waar te beginnen. Omdat ik graag schrijf, vroegen ze of ik het kon opschrijven. Ik begon bij mijn hoofd. Een brein van een neurodivers persoon werkt anders. Alle informatie komt in puzzelstukjes binnen. Voordat de puzzel is gemaakt, zijn mensen alweer verder met hun verhaal en kun je opnieuw een puzzel maken. Zo mis ik veel stukken en snap ik soms een verhaal niet. Ook ben ik een beelddenker. Als ik ergens een plaatje bij kan maken, volg ik iemand makkelijk (bijvoorbeeld: ik fiets op een rode fiets). Lastiger wordt het als mensen abstract gaan praten, dus waar ik geen beelden bij kan maken. Na elke zin zou ik "stop" moeten zeggen, uitleg vragen en dan weer verder gaan. Dit doe ik nooit (wel thuis) dus ik mis veel dingen. Ook als ik een boek lees (wat ik amper doe, ben snel afgeleid) verzand ik als er een beschrijving (bijvoorbeeld over de natuur) wordt gegeven en zie ik alleen de letters. Als er dialogen in het boek zijn, gaat het mij beter af.

Lees meer »